Pand met gemengde bestemming geen ‘woning’ voor OVB
Een bv koopt een pand dat in 1928 is gebouwd als woning. In 1961 is het pand in gebruik genomen als accountantskantoor en in 1975 is een vergunning afgegeven voor de verbouwing tot kantoorruimte. Op het moment van de aankoop had het pand volgens het bestemmingsplan een gemengde bestemming. De bv meent dat het pand als ‘woning’ kwalificeert en dat zij dus recht heeft op toepassing van het lage OVB-tarief. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het pand op het moment van de levering geen woning was. Het pand was oorspronkelijk een woning, maar is omgebouwd voor ander gebruik dan bewoning. Maar is er een escape?
De rechtbank toetst vervolgens of hier wellicht een escape mogelijk is. De Hoge Raad heeft namelijk in 2017 beslist dat alleen als het pand met beperkte aanpassingen haar woonfunctie kan terugkrijgen, ervan uitgegaan moet worden dat het pand haar aard van woning heeft behouden. Uit de omschrijvingen die de bv en de inspecteur geven van het pand en de overgelegde foto’s was dit op het moment van de verkrijging volgens de rechtbank niet het geval.