Geen margeregeling of vrijstelling voor verkoop witgoed
Een bv handelt in elektrische huishoudelijke apparaten (witgoed). De apparaten koopt zij in Duitsland en Nederland in. De grootste Duitse leverancier verkoopt retour gezonden en beschadigd witgoed. Op de facturen vermeldt hij geen btw, omdat de goederen intracommunautaire leveringen zouden zijn. De bv verkoopt dit witgoed online als gebruikte goederen aan particulieren in Nederland en – incidenteel – in België. Daarbij past zij de margeregeling toe. De inspecteur corrigeert de toepassing van de margeregeling. Uit informatie van de Duitse Belastingdienst blijken de apparaten namelijk geen margegoederen te zijn.
De bv is er steeds van uitgegaan dat de Duitse leverancier ook de margeregeling heeft toegepast, omdat zij geen btw op de facturen vermeldde. De Duitse leverancier blijkt de apparaten echter met btw te hebben ingekocht bij ondernemers en de voorbelasting te hebben afgetrokken.
Toepassing margeregeling
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de Duitse leverancier niet aan de voorwaarden van de margeregeling heeft voldaan. Op zijn facturen staat namelijk niet vermeld dat hij de margeregeling toepast. Daarbij komt dat de Duitse fiscus heeft bevestigd dat de Duitse leverancier die regeling niet toepast. Op de van de Duitse leverancier ingekochte apparaten is evenmin de vrijstelling van artikel 11, lid 1, onderdeel r Wet OB van toepassing. De Duitse leverancier voldoet namelijk niet aan de voorwaarden dat hij deze goederen in zijn bedrijf heeft gebruikt voor vrijgestelde prestaties én dat hij deze heeft ingekocht zonder btw-aftrek. Hij heeft de goederen ingekocht met het doel deze te verkopen.