Bezwaar maken tegen belastingrente – voorkomen is beter!
De belastingrente Vpb van 8% vanaf 2022 kwalificeert als onrechtmatig, heeft Rechtbank Noord-Nederland geoordeeld in haar uitspraak van 7 november 2024. In diverse media, waaronder ook onze Fiscasus Fiscaal van 14 november jl., is hier aandacht aan geschonken. Naast (massaal) bezwaar tegen box 3, de villatax en excessief lenen, gaan er nu dus ook stemmen op om bezwaar te maken tegen de belastingrente Vpb en IB vanaf 2022. Ook het RB heeft al een model hiervoor beschikbaar gesteld. Moet je daarin meegaan? Ga allereerst met je klanten in gesprek bij wie dit een belang kan hebben. Neem daarbij ook de ingeschatte kansen en kosten van zo’n bezwaar mee.
Het is nog maar de vraag of de Hoge Raad deze uitspraak uiteindelijk in stand zal laten. Omdat er alleen nog maar andersluidende rechterlijke uitspraken zijn geweest, maakt één zwaluw hier mogelijk nog geen zomer. Zeer recent toetste Rechtbank Gelderland de rentebeschikking onder meer aan het EVRM, het Handvest van de grondrechten van de EU en de beginselen van behoorlijk bestuur. Hierbij concludeerde de rechtbank dat deze niet zijn geschonden.
Wat daarbij ook een rol speelt, is dat het opleggen van een aanslag met belastingrente vrijwel altijd kan worden voorkomen door tijdig een (voorlopige) aanslag aan te vragen. Wordt het verzoek om een voorlopige aanslag of de aangifte binnen vier (IB) respectievelijk vijf (Vpb) maanden na afloop van het heffingstijdvak (meestal een kalenderjaar) ontvangen én is de aanslag conform dat verzoek opgelegd? Dan wordt er geen belastingrente berekend op de (voorlopige) aanslag IB of Vpb. Als een belastingplichtige de nadelige gevolgen vrij eenvoudig kan voorkomen, zal de Hoge Raad waarschijnlijk terughoudend zijn met het opzijzetten van de wet.
Tip
Je cliënten zullen van jou als adviseur verwachten dat je een hoge belastingrente voor hen voorkomt. Neem dus in voorkomende gevallen op tijd maatregelen om een juiste voorlopige aanslag aan te vragen.