Hoe ziet de toekomst van box 3 eruit?
Staatssecretaris Vijlbrief van Financiën heeft een brief aan de Tweede Kamer gezonden over de toekomst van box 3. In die brief geeft hij onder andere aan dat hij geen voorstander is van het invoeren van een tegenbewijsregeling voor belastingplichtigen met vooral – of uitsluitend – spaargeld. Hij meent dat dit juridisch onmogelijk en maatschappelijk onwenselijk is. Vijlbrief adviseert daarom het volgende kabinet geen stappen richting de tegenbewijsregeling te zetten. Hij beveelt aan om de focus te leggen op het verder uitwerken van de mogelijkheden voor een uitvoerbare heffing naar werkelijk rendement.
De staatssecretaris adviseert dit laatste mede op basis van onderzoeksresultaten van PwC. De onderzoekers daarvan hebben per type vermogensbestanddeel in kaart gebracht welke mogelijkheden er zijn om over de data te kunnen beschikken, die noodzakelijk zijn om belasting te kunnen heffen over werkelijk behaald rendement. De hiervoor benodigde data zouden aan de Belastingdienst moeten worden geleverd door zogeheten ketenpartners, zoals banken, verzekeraars en andere financiële instellingen. Uit het onderzoek blijkt dat deze ketenpartners de data niet voor alle vermogensbestanddelen (volledig) kunnen aanleveren. Desondanks geeft de staatssecretaris het kabinet de aanbeveling mee om de mogelijkheden voor een uitvoerbare heffing naar werkelijk rendement verder uit te werken.