Arbeid en Recht

Vanaf 2020 tot 2023 lage WW-premie bij tijdelijke urenuitbreiding

Werkgevers kunnen totdat nieuwe regelgeving in werking treedt een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd tijdelijk uitbreiden, zonder dat dit een tweede arbeidsovereenkomst of oproepovereenkomst wordt. Dit betekent ook dat werkgevers over alle uren van deze arbeidsovereenkomst de lage WW-premie blijven afdragen. Vanaf het moment dat de nieuwe regelgeving ingaat – waarschijnlijk per 1 januari 2023 – is de werkgever gedurende een tijdelijke urenuitbreiding wel de hoge WW-premie verschuldigd. Wat betekent dit voor werkgevers die vanaf 2020 de hoge WW-premie hebben betaald?

Deze werkgevers (die vanaf 2020 de hoge WW-premie hebben betaald vanwege tijdelijke uitbreiding van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd of omdat ze een tweede arbeidsovereenkomst hebben gesloten) kunnen de hoge WW-premie met terugwerkende kracht corrigeren. Dit schrijft staatssecretaris Wiersma (SZW) aan de Tweede Kamer.

Commentaar

Er was altijd al kritiek op het standpunt van het Ministerie van SZW en de Belastingdienst dat een tijdelijke urenuitbreiding per definitie leidt tot een tweede arbeidsovereenkomst, waarvoor de hoge WW-premie geldt. Er blijkt onder andere uit een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep dat dit standpunt juridisch niet standhoudt. Het ministerie onderzoekt nu de mogelijkheid om extra voorwaarden toe te voegen. Hiermee moet worden geregeld dat tijdelijk uitgebreide arbeidsovereenkomsten in alle gevallen onder de hoge WW-premie vallen, net als arbeidsovereenkomsten met meerdere wisselende arbeidsomvangen.

Oproepovereenkomst

Ook wordt de mogelijkheid verkend om tijdelijke urenuitbreidingen niet onder het bereik van de oproepovereenkomst te brengen. Uiteraard geldt hiervoor wel, zoals in de vorige alinea is vermeld, de hoge WW-premie. In een algemene maatregel van bestuur wordt verduidelijkt dat een arbeidsovereenkomst waarin de arbeidsomvang niet schriftelijk is overeengekomen, een oproepovereenkomst is.