Arbeid en Recht

Staat niet-tekenen van VSO gelijk aan de ontbindingsmogelijkheid?

Een werkgever (school) en werknemer komen na een mediationtraject een vaststellingsovereenkomst overeen. De werknemer weigert echter om te tekenen, als blijkt dat het afscheid niet plaatsvindt op school. De rechter beslist dat dit een duidelijke en ondubbelzinnige weigering is, die gelijk staat aan de ontbindingsmogelijkheid binnen de bedenktijd. De werkgever mocht er dan ook niet op vertrouwen dat er een geldige VSO tot stand was gekomen. Omdat de arbeidsrelatie is verstoord, werkt de rechter alsnog mee aan ontbinding, maar met een transitie- en billijke vergoeding. Uit een inspectierapport blijkt immers het verwijtbaar handelen door het schoolbestuur.

Tip

Het is aan te bevelen om de ondertekening van een vaststellingsovereenkomst te laten plaatsvinden in het bijzijn van ieders gemachtigde. Deze casus illustreert dat: de rechter hechtte er in deze zaak belang aan dat de werknemer niet werd vertegenwoordigd tijdens de tekenafspraak – en dat daarom nooit de juiste conclusies rondom de weigering zijn getrokken.