Onderneming en Recht

Heb ik recht op een mondelinge behandeling?

In een hogerberoepsprocedure is het gebruikelijk dat partijen – nadat de Memorie van Grieven en Memorie van Antwoord zijn genomen – op de rol worden geplaatst voor ‘Beraad partijen’. Dit houdt in dat partijen het verzoek kunnen indienen tot: het nemen van een akte, het vragen van een mondelinge behandeling, het wijzen van een arrest, of doorhaling. Indien een van de partijen het hof verzoekt om een mondelinge behandeling te plannen, wordt zo’n verzoek doorgaans toegewezen. Maar heb je in een dergelijk geval ook recht op een mondelinge behandeling?

In een recente procedure was de betreffende zaak op de rol geplaatst voor het zogenoemde ‘beraad van partijen’. Een van de partijen heeft het hof tijdig verzocht om een mondelinge behandeling te plannen. De andere partij heeft het hof om een arrest gevraagd. Het hof heeft de mondelinge behandeling afgewezen en arrest gewezen. In cassatie is hierover geklaagd.

De Hoge Raad bepaalt dat de rechter op grond van artikel 87 Rv in alle gevallen en in elke stand van het geding een mondelinge behandeling kan bevelen. Vervolgens oordeelt de Hoge Raad dat uit strenge jurisprudentie blijkt dat de rechter een verzoek om een mondelinge behandeling te houden niet zonder meer naast zich neer kan leggen. Slechts in zeer uitzonderlijke gevallen mag een rechter het verzoek om een mondelinge behandeling afwijzen.