Alleen bepaalde orthopedische maatvoetbedden vallen onder 9%-tarief
Een ondernemer maakt orthopedische maatvoetbedden die specifiek voor de voet van een individuele patiënt worden vervaardigd en waarin een oplossing is aangebracht voor ondersteuning van de voet. Het zijn orthopedische voetbedden die, onder meer, worden vervaardigd vanwege verloren gegane weefselstructuren, zoals bot- en/of gewrichtsstructuren, pees- en/of spierweefsel en bindweefsel en/of huidweefsel. De ondernemer heeft over de vergoeding voor deze maatvoetbedden 21% btw afgedragen, maar hij meent dat hij recht heeft op toepassing van het verlaagde btw-tarief.
Volgens de ondernemer zijn de orthopedische maatvoetbedden vergelijkbaar met orthesen die wel onder het verlaagde btw-tarief vallen. Rechtbank Gelderland is het niet met hem eens. De wetgever heeft een beperkte toepassing voor ogen van tabelpost a-35 (levering van orthopedisch schoeisel en onderdelen daarvoor). Alleen orthopedische voetbedden die een aanvulling vormen op ontbrekende delen van de voet en die ten doel hebben scheefgroei van vooral tenen op te heffen en/of te voorkomen, vallen onder het verlaagde btw-tarief. De ondernemer slaagt er niet in aannemelijk te maken dat zijn orthopedische maatvoetbedden aan deze criteria voldoen.