Doelmatigheidsmarge bij gebruikelijk loon dga wordt verkleind
In de Voorjaarsnota die minister Kaag van Financiën op 20 mei jl. naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, staan ook enkele voorgenomen wijzigingen ten aanzien van personeel en dga’s. Zoals bekend, geldt voor dga’s dat zij een gebruikelijk loon moeten genieten uit hun vennootschap. Dat loon wordt in beginsel vastgesteld op het hoogste bedrag uit de volgende reeks bedragen: 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, het hoogste loon van werknemers in dienst van de vennootschap of daarmee verbonden vennootschappen, of € 48.000. Bij de 75% loon is rekening gehouden met een doelmatigheidsmarge van 25%. Per 1 januari 2023 wordt die marge kleiner.
De doelmatigheidsmarge van 25% impliceert dat het loon van de dga 25% lager vastgesteld mag worden dan gebruikelijk is voor de functie. Het kabinet is nu van plan om deze marge vanaf 2023 te verkleinen naar 15%.
Overige voorgenomen wijzigingen
- Stijging wettelijk minimumloon: in het coalitieakkoord stond dat het wettelijk minimumloon (WML) per 2024 omhoog zou gaan. Vanaf volgend jaar zal het WML stapsgewijs in 3 jaar omhooggaan. Deze stijging vindt voor 2,5% in 2023 en 2024 plaats en voor 2,32% in 2025.
- Maximering 30%-regeling: werkgevers hebben de mogelijkheid om werknemers die vanuit het buitenland naar Nederland komen om te werken en die over specifieke deskundigheid beschikken, een onbelaste vergoeding van 30% van het loon te geven. Momenteel zit er geen maximum op het loon waarover de onbelaste vergoeding berekend mag worden. Het kabinet is echter van plan om het loon per 2024 te maximeren tot de WNT-norm (Wet Normering Topinkomens). Voor 2022 bedraagt deze WNT-norm € 216.000.
- Afbouw algemene heffingskorting: de algemene heffingskorting wordt bepaald aan de hand van het inkomen uit box 1. Vanaf 2025 zal de afbouw van de algemene heffingskorting plaats gaan vinden over het verzamelinkomen. Het verzamelinkomen is het inkomen uit box 1 t/m box 3 samen.
- Onbelaste reiskostenvergoeding: deze gaat per 1 januari 2023 naar € 0,21 en in 2024 naar € 0,23.