Mei drukke maand voor de Raad voor de Jaarverslaggeving
Gelet op de vermeldingen op de site van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ), is mei kennelijk een drukke maand geweest. Maar liefst negen nieuwe RJ-Uitingen zagen het licht. Twee RJ-Uitingen (2024-6 en 2024-7) zijn het rechtstreekse gevolg van de invoering van de ‘Wet toekomst pensioenen’. De wijzigingen betreffen Richtlijn 271 (Personeelsbeloningen). Ook voor rechtspersonen die vitaliteitsregelingen en/of regelingen voor vervroegde uittreding hebben (2024-5), worden wijzigingen in de genoemde richtlijn voorgesteld. De RJ-Uitingen 2024-8 t/m 10 zien op organisaties zonder winststreven en op fondsenwervende organisaties.
Met name de wijze waarop (subsidie)baten (RJ-Uiting 2024-10) toegerekend moeten worden, kan ook voor mkb-dienstverleners belangrijk zijn. Hierin wordt specifiek verwezen naar de bijlagen C1 en C2 uit de RJk-bundel.
Met RJ-Uiting 2024-11 komt de RJ met een aangepaste richtlijn 214: Financiële vaste activa. Inhoudelijk zijn er geen wijzigingen, maar de richtlijn wordt volledig geherstructureerd. In RJ-Uiting 2024-12 stelt de RJ voor om het ‘Stramien voor de opstelling en vormgeving van jaarrekeningen’ te laten vervallen, dat als bijlage (930) bij de RJ-bundel met Richtlijnen voor de jaarverslaggeving is opgenomen. Belangrijke bepalingen uit 930 worden opgenomen in de ‘algemene grondslagen’.